Top

Hoe goed kunnen vogels horen?

Foto boven: Kolonievogels traceren op gehoor feilloos hun eigen partner en jongen al op honderden meters afstand tussen duizenden andere vogels. Foto: Annemarie Edam.

Tekst: Marcel Boer | Beeld: Annemarie Edam / Inge van der Wulp / André Eijkenaar

Vogels hebben geen uitstekende oorschelpen zoals veel zoogdieren wat de stroomlijn bij vliegen zou onderbreken. Het zijn gewoon gaatjes in het verlengde van de snavel, die bedekt zijn met fijne veren.

Deze veren laten geluid door en kunnen opgericht worden zodat de opening vrij komt en de vogel gerichter kan luisteren.

Het gehoor binnenin de schedel is bij vogels goed ontwikkeld, wat van belang is voor het lokaliseren van zingende rivalen, het kiezen van een partner, het herkennen van de eigen jongen, het foerageren en het opmerken van gevaren.

Door verkeerslawaai worden alarmkreten van andere vogels minder goed gehoord wat een negatief effect heeft op de overlevingskansen.

Het vogeloor bestaat net als bij de mens uit 3 delen:

Het buitenoor (geen oorschelp, maar wel speciale oorveren).

Het middenoor met trommelvlies en 1 gehoorbeentje (zoogdieren en mensen hebben er 3).

Het binnenoor met het met vocht gevulde slakkenhuis en haarcellen.

De ooropeningen van de Jan van Gent zijn onzichtbaar afgedekt. Bijzonder is dat de Jan van Gent geen neusopeningen heeft waardoor bij het stootduiken naar vis, water naar binnen zou stromen. Foto: Annemarie Edam.

Harde geluiden maken ons doof, vogels niet!

Geluidsgolven laten haarcellen trillen. Die trillingen worden via de hoorzenuw naar de hersenen overgebracht en als geluid ervaren. Door teveel en te hard geluid (b.v. bij mensen in de disco) kunnen haarcellen blijvend worden beschadigd. Op den duur kan dat doofheid veroorzaken. Dat is zo bij mensen en zoogdieren. Bij vogels worden de haarcellen regelmatig vernieuwd, bij mensen niet. Grote vogels hebben een relatief groot slakkenhuis en zijn gevoelig voor vooral lage geluiden. Kleine vogels zijn vooral zeer gevoelig voor hoge geluiden. De hoogte van geluid wordt weergegeven in Hertz (trillingen per seconde). Het gehoorbereik van vogels verschilt per soort en is vergelijkbaar met dat van mensen. Maar vogels hebben een grotere gehoorscherpte en kunnen beter details horen.

Toonhoogte

Vogels zijn vooral ontvankelijk voor geluiden van dezelfde toonhoogte als hun eigen geluiden. De meeste vogels hebben een bereik van 0,5-6 kHz. Zangvogels zingen meestal van 2-3 kHz. Het geluid van een Roerdomp heeft een frequentie van 0,2 kHz, dat van een Goudhaan 9 kHz. Lijsters en kleine zangvogels maken een hoogfrequent ‘siep’-geluid bij het opmerken van een sperwer, dat voor alle soortgenoten te horen en te begrijpen is. Maar waarschijnlijk niet door de sperwer. Bij ontdekking van een in een boom zittende uil maken ze een heel ander hard geluid om de aandacht te vestigen op dit gevaar. Meestal ontaardt dat in een scheldpartij door vele andere vogels, waarna de uil meestal een rustiger plekje zoekt.

Merels kunnen wormen horen!

Merels en lijsters houden tijdens het foerageren hun kop vaak scheef om te luisteren naar wormen, maar ook om naar boven uit te kijken naar mogelijke predators. Bewegende wormen veroorzaken met kleine haren op de huid geluid, waarmee ze hun positie verraden. Aalscholvers horen onder water geluiden tussen 1 en 4 kHz. Dat zijn precies de frequenties waarin hun belangrijkste prooivissen als haring en liervis geluiden produceren. Aalscholvers zijn dus niet alleen zichtjagers maar jagen ook op gehoor wat natuurlijk handig is in troebel water. Waarschijnlijk kunnen meer onder water op vis jagende vogelsoorten dat.

Ransuil met opengeklapt oor. Foto: André Eijkenaar.

Uilen

Uilen hebben een zeer grote ooropening van wel enkele centimeters, die ze met huidflappen en speciale oorveren kunnen afsluiten. De ooropeningen zijn asymmetrisch geplaatst: de ene ooropening zit lager in de schedel dan de andere. Sommige uilen hebben zelfs een asymmetrische schedel. Door die asymmetrische bouw kunnen ze een soort kruispeiling uitvoeren. Daarmee kunnen ze niet alleen de richting maar ook de afstand bepalen waar het geluid vandaan komt. Dat kunnen ze ook door hun kop op en neer en zij- en achterwaarts te bewegen. Het hoorbereik van uilen ligt tussen 200Hz en 12kHz en onderzoek toonde geen verschil tussen oude en jonge uilen. Uilen kunnen in het donker nog heel goed zien maar bij volledige duisternis zien ook uilen niets meer!

Uilen kunnen hindernissen in gebouwen en landschappen inprenten, zodat ze ook in compleet donkere gebouwen kunnen vliegen en jagen. De sluier, de paraboolvorm (schotelantenne) van stijve veren rond ogen van uilen en kiekendieven dient voor veelvoudige versterking en geleiding van het geluid.

Richting en afstand van het geluid van prooidieren wordt nauwkeurig vastgesteld met het verschil waarmee het geluid de linker- en rechterooropening bereikt. Arctische uilen vangen muizen dwars door een dikke sneeuwlaag heen, uitsluitend op hun gehoor. Het smalle frequentiebereik maakt dat uilen eerder en beter het geritsel van muizen horen dan het piepen.

De vleugelslag van uilen is extreem stil, rond de 1kHz. Het ritselen van muizen ligt tussen 6 en 9 kHz. Onverklaarbaar is tot nu toe waarom uilen met hun buitengewone hoorgevoeligheid ongevoelig lijken te zijn voor dreunende kerkklokken of dynamietexplosies in steengroeven.

Ze blijken wel hun gehoorgang af te kunnen sluiten. Dat is ook vastgesteld bij hanen, waarvan het geluidsniveau van kraaien vlak bij de hanenoren kan oplopen tot 142,3 decibel en die anders gehoorschade zouden oplopen. Hun gehoorgangen worden automatisch afgesloten zodra ze hun snavel opentrekken. Deels dempen ze het geluid met een spier in hun middenoor. Daarnaast kunnen ze geluid nog verder dempen met het zachte weefsel dat de trommelvliezen bedekt.

Ransuil - Inge van der Wulp - vk
De oren boven op de kop van de Ransuil zijn kopversierselen, de ooropeningen zitten opzij van de kop. Foto: Inge van der Wulp.

Vogels en vliegtuiglawaai

Onderzoek bij tjiftjaffen rond Schiphol heeft aangetoond dat door het voortdurende lawaai de vogels deels doof worden, lager gaan zingen (dit in tegenstelling met stadse vogels die juist hoger gaan zingen) en agressiever zijn.

De witte klokvogel uit Brazilië is de luidst roepende vogel waarvan tijdens het baltsritueel een geluidssterkte van 125,4 decibel is geregistreerd. In vergelijking met andere vogels heeft hij ook sterker ontwikkelde buikspieren en ribben.

Lees meer over de bijzondere eigenschappen van vogels in ‘Wat maakt vogels zo interessant’. Over het hoe en waarom over afkomst, vliegen, zintuigen, gedrag, zang, foerageren, leefgebieden, de vogeltrek en de voortplanting. Uitgave KNNV 2020. ISBN 9789050117500. Verkrijgbaar bij uw boekhandel of na de wekelijkse vaarexcursies in Natura-2000 gebied ‘Het Wormer-en Jisperveld’ met de auteur Marcel Boer als gids. Inschrijven kan via Vogelbescherming Nederland- Excursies.

Wat vindt u van dit artikel?

Marcel Boer werkte na een opleiding in landbouw en veeteelt in de bio- en levensmiddelenindustrie in Italië, Duitsland en Nederland. Hij is al zijn hele leven een enthousiaste vogelaar en sinds 2013 vogelgids bij bezoekerscentrum “De Poelboerderij” voor Vogelbescherming Nederland in het Wormer-en Jisperveld. Als medewerker van de werkgroep Roofvogels en Uilen van de Vogelwacht Zaanstreek inventariseert en beschermt hij de roofvogels en uilen in en rond dit prachtige 2300 ha grote Natura-2000 gebied. Het hele jaar organiseert Vogelbescherming vaarexcursies rond de verschillende thema’s uit de boeken met Marcel Boer als gids.